Duurzaamheid calve

Hoe wordt het gemaakt?

Secondary Image

Op de pindaboerderij

Laten we gelijk een misverstand voorkomen: pinda’s zijn geen noten. Het zijn namelijk peulvruchten, die groeien aan de pindaplant. De pinda’s die Calvé gebruikt komen uit Argentinië, voornamelijk uit de provincies Córdoba, San Luis en La Pampa. 

Pinda’s kunnen goed tegen droogte, maar een juiste hoeveelheid water is van groot belang. Ze groeien het beste als het warm is en niet te veel regent, aangezien het vochtgehalte van pinda’s nauw luistert. Op deze manier blijven de smaak en kwaliteit behouden. Om het juiste vochtgehalte te bereiken, wordt irrigatie van de bodem ingezet. Zo kunnen we het juiste vochtniveau garanderen én gebruiken we minder water! Het oogsten van de pinda’s gebeurt in twee fases. Als eerste wordt de stengel van de pindaplant afgesneden en wordt de pindaplant ondersteboven gehangen om te drogen. Als de pinda’s voldoende zijn gedroogd, worden ze met schil en al geoogst. 

Pindaplanten worden in Argentinië geplant tussen oktober en december, als het daar lente is. Dan, als het daar winter is, worden de pinda’s geoogst. Dat is tussen maart en juni. 

alt text

Drogen en sorteren

Daarna volgt een van de belangrijkste stappen in het pinda-proces: het drogen van de pinda’s. Goed drogen zorgt namelijk voor de allerlekkerste pinda’s en dus de lekkerste pindakaas! 

Het drogen wordt zoveel mogelijk in de buitenlucht gedaan, alleen als het weer dat toelaat. Daarnaast kunnen er ook machines worden gebruikt voor het drogen. 

Als de pinda’s zijn gedroogd is het tijd voor de volgende stap. Ze worden gedopt, maar het bruine velletje om de pinda blijft nog even zitten. 

Op naar Rotterdam 

Dan worden de pinda’s gesorteerd op grootte, gecontroleerd op kwaliteit, en in zakken gedaan voor vervoer naar Nederland.
Al deze zakken gaan op de boot. Vier tot zes weken zijn ze onderweg voordat ze aan komen in Rotterdam!